donderdag 30 januari 2014

De regisseur als schepper: tijd voor verandering?

Zodra de Q&A na een film begint, loopt meestal de helft van het publiek al weg. De paar overgebleven filmliefhebbers krijgen de kans hun vragen los te gooien op de regisseur. Vaak vragen mensen naar de intenties van de regisseur. Waarom eindigt de film op dit punt? Is de film gebaseerd op persoonlijke ervaringen? Wat inspireerde hem tot het maken van deze film? Allemaal interessant, maar waarom is de regisseur dé persoon die deze vragen beantwoord?

Tot de jaren ’50 lag de focus in de filmwereld vooral op de producer van de film. Tot er in 1954 een artikel van François Truffaut in Cahiers du Cinéma verschijnt waarin hij de basis legt voor de auteurstheorie. Binnen de auteurstheorie wordt er gefocust op de regisseur als auteur, oftewel  de regisseur als het creatieve brein achter de film. Hieruit volgen oeverloze discussies over wie wel en wie niet zichzelf een auteur mag noemen en over welke kwaliteiten een échte auteur moet beschikken. John Ford, Hitchcock, Orson Welles, David Lynch en vele anderen passeren de revue in dit debat.

Maar waarom de regisseur? Alleen al de lange aftiteling met vele namen na een film bewijst dat het maken van een film om veel meer mensen gaat dan enkel de regisseur. Ik wil niet zeggen dat de regisseur niet belangrijk is. Hij (en het is helaas meestal een hij) speelt zeker een belangrijke rol in de creatie van een film, maar een scriptschrijver (denk aan Charlie Kaufman) of cinematograaf kan net zo belangrijk zijn voor het totaalbeeld van de film. Zelfs de acteurs hebben een zekere autonomie over hun spel, en, daarnaast, kunnen bepaalde sterren, zoals Leonardo di Caprio, Johnny Depp of Jonah Hill, invloed hebben op de manier waarop de film zal worden ontvangen. Het publiek verwacht bepaalde films bij bepaalde acteurs. Als Johnny Depp in een Alice in Wonderland adaptatie speelt, verwacht je dat in ieder geval zijn rol al een absurdistische invloed zal uitoefenen op het eindresultaat. Enkele tegenstanders van de focus op de regisseur binnen de auteurstheorie vinden dan ook dat een collectivistische auteur toepasselijker is op het film medium. Kritiek hierop is echter dat dan niet meer één persoon verantwoordelijk kan worden gehouden voor eventueel problematische representaties van bijvoorbeeld etniciteit of gender.

Er is nog een ander optie, namelijk het überhaupt wegdoen van de status van enig auteur binnen de kunsten. Roland Barthes initieerde dit idee met zijn essay The Death of the Author in 1967. Het draait om het idee dat de intentie van de regisseur, schilder, schrijver of beeldhouwer er niet meer of minder toe doet dan interpretaties die ieder individu kan doen, aangezien deze meningen bijdragen aan de uiteindelijke betekenis van het kunstwerk. Zo kan een film iets heel anders betekenen dan de makers van die film in gedachten hadden. Bovendien kun je nooit honderd procent zeker weten wat wel en wat niet de intentie van de regisseur is en dit wordt alleen maar lastiger op het moment dat hij of zij niet meer leeft. Daarbovenop speelt de fan cultuur rondom The Hunger Games, Harry Potter, Star Wars, Twilight en dergelijke zeker mee in hoe de uiteindelijke (ver)film(ing) eruit ziet en hoe deze ontvangen wordt.


Ter illustratie van hoe de auteur van een film niet altijd de volledige betekenis van een film of serie kan controleren kan Game of Thrones helpen. Er kwam veel kritiek op de scene in aflevering Mhysa in seizoen drie, waarin Daenerys wordt aanbeden door een groep van een pluriform donkere huid. Het problematische aan deze scene is vooral de esthetiek ervan. Bij het uitzoomen op de mensen massa, wordt Daenerys het schitterende, witte middelpunt in de donkerdere massa van mensen. Daarbij lijkt zij een soort van witte godin of vrouwelijke Messias, die aanbeden wordt door haar mindere, donkere onderdaan die door haar ‘bevrijd’ is (hier staan alle reacties op deze aflevering op een rijtje). 



De schrijver van de Game of Thrones boeken reeks, George R.R. Martin, zei dat de scene was opgenomen in Marokko en daardoor de figuranten allemaal een donker gekleurde huid hadden. De intentie van de makers was vast niet om Daenerys af te beelden als raciaal superieur over de lokale bewoners, maar toch kregen veel mensen de kriebels van deze scene. Zo zijn er veel meer voorbeelden waarbij de intentie van de makers van de serie of film of kunstwerk afwijkt van de interpretatie van het publiek, die dan toch bijdraagt aan de uiteindelijke betekenis.

Het zou dus leuk zijn om een grotere variëteit aan genodigden te zien tijdens Q&A’s op filmfestivals. Vraag eens de cinematograaf, de kostuumontwerper, de producer of een paar van de acteurs of actrices. Ik wil niet zeggen dat we de regisseur volledig moeten vergeten of hij of zij niet belangrijk is, maar misschien kunnen andere kunstenaars die meewerken aan films een nieuw licht werpen op ons begrip van film.

Geen opmerkingen :

Een reactie posten